OSB noemt eisen FNV onrealistisch

De werkgevers in de schoonmaak- en glazenwassersbranche (OSB) vinden dat zij in de huidige economische tijd een prima CAO-voorstel hebben gedaan. Dit voorstel komt neer op een verhoging van drie procent.

Hier zit in een twee procent loonsverhoging, intensivering van de opleiding van schoonmakers, een gezamenlijke studie naar een duurzame pensioenregeling en een reiskostenvergoeding voor alle schoonmakers. OSB gaat dan ook niet in op het ultimatum van FNV Bondgenoten om in te stemmen met een onrealistisch eisenpakket van ruim 200 miljoen euro, omgerekend is dat een verhoging van twaalf procent. Helaas is door de onredelijke opstelling geen CAO-akkoord bereikt voor de 150.000 schoonmakers in Nederland.

Teleurgesteld

OSB is zeer teleurgesteld in de onrealistische houding van vakbond FNV Bondgenoten. Deze blijft bij een onhaalbaar uitgebreid eisenpakket van ruim twintig verschillende eisen. Dat betekent zo’n twaalf procent verhoging met een waarde van ruim 200 miljoen euro. OSB heeft een voorstel voor een investering in een duurzaam arbeidsvoorwaardenpakket van ruim drie procent gedaan. In deze tijd van economische recessie, krimpende markt en zware bezuinigingen steekt zij daarmee haar nek uit.

Dialoog

Anton Witte, eerste onderhandelaar OSB. “Wij willen met elkaar een sterke en aantrekkelijke branche bouwen. Voor al onze schoonmakers is het daarom nodig met elkaar en niet tegen elkaar actie te voeren. Blijkbaar wil de vakbond vasthouden aan de oude manier van onderhandelen met een eisenpakket, ultimatum en protestacties. Onbegrijpelijk en zeker niet in het belang van onze 150.000 schoonmakers. Zij verdienen een goede CAO en respect voor het belangrijke werk dat zij in onze maatschappij doen. Wij hopen dat in de toekomstige FNV meer plaats is voor realisme en dialoog

TNO komt met rapport sociale innovatie schoonmaakbranche

Het is goed mogelijk om relatief veel mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in te zetten op schoonmaaklocaties. Bovendien kan de inzet van deze mensen het werk van de reguliere schoonmakers, op locaties waar beide groepen samenwerken, aantrekkelijker maken. Zo blijkt uit het onderzoek ‘Het verschil maken’ van TNO.

Op 10 mei werden de onderzoeksresultaten gepresenteerd tijdens de werkconferentie Sociale innovatie in de schoonmaak. De conferentie werd door de RAS (Raad voor Arbeidsverhoudingen Schoonmaak- en Glazenwassersbranche) georganiseerd in Hotel en Congrescentrum Papendal.

Het TNO rapport lag als één van de onderliggende stukken ten grondslag aan de conferentie en is het eindresultaat van een onderzoek dat TNO in samenwerking met FNV Bondgenoten, Vebego en ISS uitvoerde in de schoonmaakbranche.

Succesfactoren

Uit het onderzoek blijkt een aantal succesfactoren van belang voor de inzet van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zoals onder meer continuïteit op de werkvloer, een intensiever personeelsbeleid en voldoende compensatie bieden voor de lagere productiviteit.

De huidige werkwijze rond aanbestedingen is een belangrijke belemmering bij de inzet van doelgroepen. Trends op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en social return bij inkoop kunnen benut worden om het aanbestedingsproces te verbeteren.Sociale innovatie belangrijk voor ontwikkeling branche
Tijdens de conferentie van afgelopen 10 mei werden, middels een carrouseldebat onder leiding van Donatello Piras, ideeën gegenereerd om de personele factor een vaste plek te geven binnen de schoonmaaksector en het inkoopbeleid van schoonmaakdiensten door opdrachtgevers.

Na inspirerende discussies over thema’s als het imago van de schoonmaakbranche, het aanbestedingsbeleid en de werkdruk, waren alle aanwezige partijen het erover eens dat sociale innovatie een belangrijke rol kan gaan spelen in de verdere ontwikkeling van de branche.

De aanwezige werkgevers en werknemersorganisaties spraken de wil uit om dit thema naar de toekomst verder te concretiseren.

Bron: RAS